6. Gehonoreerde aanmeldingen

Toelichting relatie SDG's

SDG 9 benadrukt het belang van veerkrachtige infrastructuur en inclusieve industrialisatie; onderhoud aan oeverconstructies ondersteunt economische groei en gemeenschapsveiligheid.
SDG 11 ondersteunt inclusieve, veilige steden en gemeenschappen; duurzame oeverconstructies beheren risico's en bevorderen gemeenschapswelzijn.
SDG 14 draagt bij aan de bescherming van water ecosystemen tegen erosie en vervuiling, belangrijk voor biodiversiteit.
SDG 15 helpt bij het behoud van landhabitats door erosie tegen te gaan via oeverbeheer.

Toelichting aanmelding
De Friese overheden (provincie, waterschap en gemeenten) hebben gewerkt aan een logische toedeling van het oeverbeheer voor vaarwegen. In de samenwerkingsovereenkomst is gekozen voor een variant inclusief een oeverfonds. Dit oeverfonds is nodig om een belanghebbende partij bij meerdere belangen langs de over in de meerkosten voor onderhoud tegemoet te komen. Dit betekent voor gemeente De Fryske Marren een jaarlijkse bijdrage voor het oeverfonds van € 54.000.

Risico indien niet gehonoreerd
Geen middelen vrijmaken voor het oeverfonds betekent dat we ons niet aan de samenwerkingsovereenkomst houden.

Toelichting relatie SDG's

SDG 9: Het behoud van oeverconstructies ondersteunt de ontwikkeling van veerkrachtige infrastructuur, wat cruciaal is voor economische groei en gemeenschapsveiligheid.
SDG 11: Goed onderhouden oeverconstructies zijn essentieel voor veilige, inclusieve en veerkrachtige stedelijke omgevingen, en dragen bij aan risicobeheersing en gemeenschapswelzijn.

Toelichting aanmelding
Uit inspecties van onze oeverconstructies vaarwegen blijkt dat het hoognodig is een deel van onze oeverconstructies vaarwegen te vervangen. Dit omdat er gebreken zijn geconstateerd waarbij er veiligheidsrisico's zijn. Op basis van de inspecties wordt daarom een meerjaren onderhoudsplan oeverconstructies vaarwegen opgesteld. We streven ernaar dit onderhoudsplan in 2025 ter vaststelling voor te leggen aan de raad. Hierbij wordt rekening gehouden met prijscompensatie en extra areaal dat is toegewezen ten gevolge van de herverdeling van oevers. Wachten op dit meerjarenplan betekent dat pas in 2026 middelen beschikbaar kunnen komen en gestart kan worden. Daarom vragen we voor 2025 eenmalig een bedrag van € 580.000 aan.

Risico indien niet gehonoreerd
1.   Hoe langer we wachten met de vervanging van onze oeverconstructies vaarwegen hoe groter de veiligheidsrisico’s..
2.   Hoe langer we wachten met de vervanging van onze oeverconstructies hoe meer risico’s we lopen op schade aan de oever of aanliggende verharding. Dit leidt tot ad hoc reparaties die uiteindelijk meer geld zullen kosten
3.   Verder is de wens van onze gemeente de openbare ruimte een visitekaartje te laten zijn, ondanks de beperkte middelen. Met beperkte middelen en met de nodige inventiviteit wordt gewerkt om het maximale te bereiken. De gemeente heeft een aanzienlijk vermogen geïnvesteerd in kapitaalgoederen in de vorm van wegen, openbare verlichting, riolering, openbaar groen, oevers en kaden, vaarwegen, kunstwerken en gebouwen. Het onderhoud van deze kapitaalgoederen is van groot belang voor het zo optimaal mogelijk functioneren van de gemeente, onder meer op het gebied van leefbaarheid, veiligheid, vervoer en recreatie. Onderhoud is ook nodig om kapitaalvernietiging te voorkomen.

Toelichting relatie SDG's

SDG 9: De aanpak van duurzaamheid, zoals beschreven in het kader van de Duurzaam GWW (www.duurzaamgww.nl) impliceert een focus op het verbeteren van infrastructuur op een duurzame manier. Door aan te sluiten bij initiatieven zoals Duurzaam GWW wordt gestreefd naar innovatieve en duurzame oplossingen voor infrastructuurontwikkeling.

Toelichting aanmelding
Het totale areaal aan recreatieve vaarwegen bedraagt circa 34 kilometer. Dit is inclusief havens die wij in beheer hebben en inclusief 9,5 kilometer aan kanoroutes. Om deze vaarwegen bevaarbaar te houden moeten deze vaarwegen worden onderhouden. Op 18 oktober 2023 heeft de raad het Meerjarenplan Beheer Vaarwegen 2024 - 2027 vastgesteld. Hierbij is gekozen voor de doelmatige variant, waarbij naast het baggeren ook waterplanten worden verwijderd en kanoroutes op diepte worden gehouden. Dit betekent dat de storting in de voorziening baggeren vaarwegen met een bedrag van € 80.000 per jaar moet worden verhoogd.

Risico indien niet gehonoreerd
1.   Mocht de verhoging niet worden gehonoreerd dan kunnen we geen waterplanten verwijderen in onze vaarwegen en niet voldoende baggeren. Recreanten en toeristen ondervinden dan veel hinder bij het varen.

Toelichting relatie SDG's

SDG 9: Het onderhoud van oeverconstructies is cruciaal voor het behoud van veerkrachtige infrastructuur en duurzame industrialisatie.
SDG 11: Duurzame steden en gemeenschappen - Veilige en duurzame oeverconstructies dragen bij aan inclusieve en veerkrachtige gemeenschappen.
SDG 14: Onderhoud helpt zoetwater- en mariene ecosystemen te beschermen tegen erosie en vervuiling.
SDG 15: Het voorkomt schade aan terrestrische ecosystemen door bijvoorbeeld erosie tegen te gaan.

Toelichting aanmelding
Uit inspecties is gebleken dat de Prinsessekade in Lemmer dringend aan onderhoud toe is. De kademuur bestaat uit basaltstenen die in het water dreigen te vallen. Het voegwerk is op sommige plekken geheel verdwenen. Het gaat om een lengte van 210 meter inclusief de vervanging van een houten gording van 140 m1 en 40 m2 dekzerken. Het herstel van de kademuur, gording en dekzerken kost € 55.000. Uit het proces herverdeling oevers vaarwegen is naar voren gekomen dat de onderhoudsplicht van kademuren in stedelijk gebied bij gemeente ligt wanneer de droge oever in eigendom van de gemeente is.

Risico indien niet gehonoreerd
Uitstellen van onderhoud is niet wenselijk omdat basaltstenen in het water dreigen te vallen en uitstel van onderhoud meer zal gaan kosten. Bovendien is de veiligheid in het geding.

Toelichting relatie SDG's

SDG 9: Door het combineren van funderingsherstel met de verduurzaming van het voormalig raadhuis, draagt dit project bij aan de ontwikkeling van duurzame infrastructuur.
SDG 11: Het project versterkt de duurzaamheid en veerkracht van stedelijke leefomgevingen door het aanpakken van scheurvorming en funderingsproblemen, waardoor het historische gebouw behouden blijft voor de gemeenschap.

Toelichting aanmelding
Het voormalig raadhuis Lemmer is eigendom van gemeente De Fryske Marren. Het gebouw valt onder de Monumentenwet en biedt onderdak aan Stichting Oudheidkamer "Lemster Fiifgea", en de VVV. Ook is het een gemeentelijke trouwlocatie. Het gebouw kampt met scheurvorming in diverse gevels, veroorzaakt door problemen aan de fundering van het gebouw.

Door het benodigde funderingsherstel te combineren met het verduurzamen van het gebouw wordt werk met werk gemaakt. Ook zijn er in deze aanvraag middelen opgenomen om een aantal functionele aanpassingen te doen aan het gebouw die nodig zijn om het gebouw te moderniseren.

Risico indien niet gehonoreerd
- Gemeente De Fryske Marren handelt in strijd met de Monumentenwet

- Toekomstige kosten voor herstel worden mogelijk hoger

- De verduurzaming van het gebouw kan niet plaatsvinden voordat de fundering op orde is.

Toelichting relatie SDG's

SDG 9: Dit doel benadrukt het belang van het bouwen van veerkrachtige infrastructuur en het bevorderen van inclusieve en duurzame industrialisatie. Het goed regelen van degeneratiekosten is essentieel om de fysieke infrastructuur in goede staat te houden, wat bijdraagt aan economische groei en gemeenschapsveiligheid.

Toelichting aanmelding
Door de aanleg, instandhouding en verwijdering van kabels en/of leidingen in en op openbare gronden ontstaat schade aan straatwerk, overige verhardingen of groenvoorzieningen. Die schade moet worden hersteld door onze gemeente. De herstelkosten komen altijd voor rekening van de leidingexploitant/ vergunninghouder. Dit zijn degeneratiekosten. Deze kosten en de vergoeding daarvan zijn nog niet opgenomen in de begroting. Daarom stellen wij voor om structureel een bedrag van € 100.000 als uitgave en inkomst op te nemen in de begroting, een budgetneutrale wijziging derhalve.

Risico indien niet gehonoreerd
Dat wij de schade en gebreken niet vroegtijdig kunnen herstellen. Wij kunnen dan geen openbare ruimte garanderen die heel en veilig is terwijl wij zorgplicht hebben.

Toelichting relatie SDG's

SDG 5: Voorzien in wonen, zorg en welzijn voor ouderen en kwetsbare groepen kan bijdragen aan het verminderen van genderongelijkheid, vooral omdat vrouwen vaak een groter deel van de zorgtaken op zich nemen.
SDG 6: Het vergroten van de woningvoorraad kan indirect bijdragen aan het verbeteren van toegang tot schoon water en sanitaire voorzieningen, omdat een toename van de woningvoorraad de druk op deze voorzieningen kan verminderen.
SDG 7: Toegankelijk wonen voor alle doelgroepen draagt bij aan het verminderen van energiearmoede en het bevorderen van betaalbare energievoorzieningen.
SDG 9: Het vergroten van de woningvoorraad vereist innovatie en investeringen in infrastructuur om de bouw van nieuwe woningen mogelijk te maken.
SDG 10: Het sturen op woonruimteverdeling met als doel een evenwichtige lokale woningmarkt kan helpen bij het verminderen van ongelijkheid in de toegang tot huisvesting.
SDG 11: Het voorzien in wonen, zorg en welzijn voor ouderen en kwetsbare groepen draagt bij aan het creëren van inclusieve, veilige en veerkrachtige steden en gemeenschappen.
SDG 13: Door te streven naar een vergroting van de woningvoorraad wordt er potentieel bijgedragen aan klimaatactie, bijvoorbeeld door het bouwen van energie-efficiënte en duurzame woningen.
SDG 15: Het vergroten van de woningvoorraad kan leiden tot een grotere druk op landgebruik, wat van invloed kan zijn op landecosystemen en biodiversiteit.

Toelichting aanmelding
Wonen is één van de belangrijkste maatschappelijke opgaven op dit moment in de gemeente De Fryske Marren. De opgave is urgent en complex: we moeten meer én meer betaalbare woningen realiseren. Met de Wet versterking regie volkshuisvesting wordt dit wettelijk vastgelegd. Hierin ook opgenomen dat specifieke doelgroepen, die kwetsbaar zijn op de woningmarkt, urgentie zullen krijgen. Ook zal in 2024 de regionale woondeal worden herzien, wat een hogere bouwopgave tot 2035 oplevert. We verwachten de komende periode ook specifieke opgaven ten aanzien van o.a. arbeidsmigranten, statushouders, uitvoering spreidingswet, nieuwe woonvormen voor starters en ouderen en het ondersteunen van bewoners (CPO). Dit zijn onderdelen die opgenomen zijn voor de uitvoering van het volkshuisvestingsprogramma (woonvisie) in de periode 2024 tot en met 2028. In 2025 is € 500.000 en in 2026 € 375.000 benodigd hiervoor.

De Vereniging voor Nederlandse Gemeenten heeft in september 2023 een Uitvoeringstoets laten uitvoeren voor de invoering van de Wet Versterking Regie Volkshuisvesting. Hier wordt uitgebreid ingegaan op de effecten voor gemeenten bij de uitvoering van de wet, waarbij de uitvoeringskosten worden geschat op € 135.000 per jaar. De gemeenten moeten kosten maken o.a. voor interne en externe sturing (o.a. regionale samenwerking en het betrekken van (zorg)aanbieders bij het maken van de lokale prestatieafspraken (Woningwet)). Het definitieve wetsontwerp verruimt ook de mogelijkheden voor mantelzorg wonen.  Specifieke overige eenmalige kosten die we verwachten de komende jaren: verhuurvergunningstelsel arbeidsmigranten, invoeringskosten Wet Goed Verhuurderschap, Verruiming mantelzorgbeleid, huisvestingsoplossingen statushouders, Project Onconventioneel Wonen, Lange termijn strategie Oekraïense ontheemden, Ondersteuning CPO’s Sevenwolden, Inzet verhuiscoach, co-financiering herbestemming vastgoed ) en Uitvoering Spreidingswet.

We gaan ervan uit dat de raad in de vergadering van 10 juli 2024 het concept Volkshuisvestingsplan 2024-2028 bespreekt en hierover een besluit neemt. Na de wettelijke inspraakperiode streven we er naar in oktober 2024 het definitieve Volkshuisvestingsplan 2024-2028 ter besluitvorming aan de raad voor te leggen.

Risico indien niet gehonoreerd
1. Een aantal wettelijke structurele taken op grond van de Wet Versterking Regie Volkshuisvesting, zoals de urgentie, huisvestingsverordening en verruiming van mantelzorgwoningen kan niet of onvoldoende uitgevoerd kunnen. Hierdoor komt de effectiviteit van het landelijke beleid onder druk te staan.
2. De gemeente kan onvoldoende de wijzigingen in verschillende wetten, zoals de Omgevingswet, Woningwet, Huisvestingswet 2014 de Wet Maatschappelijke Ondersteuning 2015 doorvoeren.
3. De door de raad beoogde programmatische en planmatige aanpak die onderdeel wordt van de Volkhuisvestingsprogramma (voorheen woonvisie) kan niet worden uitgevoerd. Ook kan een aantal strategische lange termijn vraagstukken niet ingevuld worden zoals de huisvesting van statushouders, Oekraïense ontheemden en project onconventioneel wonen.

Toelichting relatie SDG's

De FUMO taken richten zich hoofdzakelijk op VTH milieu bij milieubelastende activiteiten en milieu-advisering bij het inrichten van de fysieke leefomgeving. De werkzaamheden richten zich daarbij voornamelijk op de wettelijke (milieu)regels als instrument om de impact van milieubelastende activiteiten binnen aanvaarde grenzen te houden. Omgekeerd evenredig daarbij geldt dat zonder inzet op de milieuregels de kans toeneemt dat de impact van milieubelastende activiteiten niet binnen aanvaarde grenzen blijft. Die effecten kunnen aan de Sustainable Development Goals 3, 6, 8, 9, 11, 12, 13, 14 en 15 worden gekoppeld. Oftewel de taakuitvoering van de FUMO levert – direct en indirect – een bijdrage aan de genoemde SDG’s.

Toelichting aanmelding
De taakuitvoering door de FUMO heeft zich met de komst en inwerkingtreding van de Omgevingswet afgelopen 1 januari 2024 behoorlijk ontwikkeld. Het wettelijke basistakenpakket van de FUMO is uitgebreid, er zijn bevoegd gezag taken verschoven van provincie naar gemeenten en het ontwikkelen/ontsluiten van kennis en informatie wordt steeds belangrijker. Dit mede ingegeven door de Interbestuurlijk programma Versterking VTH-stelsel, kortweg IBP-VTH genoemd. In het IBP-VTH maken IPO, VNG, Omgevingsdienst NL en de ministeries van Binnenlandse zaken en Koninkrijkrelaties en Justitie en Veiligheid afspraken over de versterking van vergunningverlening, toezicht en handhaving.
De ontwikkeling van de taakuitvoering door de FUMO heeft zich via de door het algemeen bestuur van de FUMO vastgestelde kadernota’s vertaald in de FUMO begrotingen. De taakuitvoering heeft zich inmiddels zodanig ontwikkeld dat voor uitvoering van de opgedragen taken in de vastgestelde FUMO begroting voor het jaar 2024 voor De Fryske Marren een bijdrage is opgenomen van € 1.316.000. Deze bijdrage kan als structureel worden gezien en kan niet worden opgevangen in de gemeentelijke begrotingspost voor de FUMO van € 969.000. Dit betekent dat de gemeentelijke begrotingspost voor de FUMO met € 347.000 moet worden opgehoogd conform de door het algemeen bestuur van de FUMO vastgestelde FUMO begroting voor het jaar 2024. De begrotingswijziging 2024 is aan de raad voorgelegd, waarbij de raad de mogelijkheid had een zienswijze in te dienen. Op 18 oktober 2023 heeft de raad besloten hier geen gebruik van te maken.

Risico indien niet gehonoreerd
Op basis van de gemeenschappelijke regeling FUMO dienen de kosten van de FUMO wel betaald te worden. Het niet honoreren hiervan zal dus leiden tot overschrijding van de gemeentelijke begrotingspost voor de FUMO.

Een extra consequentie van het niet honoreren is dat er geen ruimte wordt gemaakt om financiële consequenties van verdere afspraken uit het IBP-VTH op te vangen.

Toelichting relatie SDG's

SDG 7: Het bevorderen van hernieuwbare energiebronnen. Windenergie is duurzaam en vermindert de uitstoot van broeikasgassen.
SDG 11: Werken aan veilige en duurzame steden. Het project verduurzaamt een kern, wat de stad veerkrachtiger maakt tegen klimaatverandering.
SDG 12: Bevorderen van duurzame consumptie. Het project stimuleert bewustwording en bevordert duurzame energieproductie.
SDG 13: Dringende maatregelen tegen klimaatverandering. Het opwekken van duurzame energie vermindert de uitstoot van broeikasgassen.

Toelichting aanmelding
In 2022 is het verduurzamingsproject Swimfun opgeleverd. Hiermee is het gasverbruik van het complex met zo’n 70% verminderd en het netto electraverbruik met zo’n 10%. Ondanks deze grote stappen blijft Swimfun de grootste energieverbruiker in de gemeentelijke vastgoedportefeuille. Daarmee is dit een logische plek om verdere besparingen door te voeren. Daarnaast is Swimfun een goede pilotlocatie vanwege haar constante energiebehoefte. Door de plaatsing van een tweetal cilindervormige windturbines bij Swimfun kunnen wij experimenteren met innovatieve vormen van windenergieopwekking. Door deze twee flower turbines te plaatsen op prominente plekken die reeds toonbeelden van duurzaamheid zijn, is de gemeente tevens een bron van inspiratie.

Door deze investering zal de energierekening van onze huurder lager worden. De gedane investering zal dan ook door Sportbedrijf De Fryske Marren BV in 15 jaar terugbetaald worden op basis van een gelijksoortige constructie als bij de verduurzaming van het zwembad Swimfun. Voor 2025 is een bedrag van € 35.000 benodigd voor de plaatsing van de 2 flower turbines. De vergoeding vanuit het Sportbedrijf van ruim € 2.000 wordt vanaf 2026 structureel meegenomen.

Risico indien niet gehonoreerd
1. Wanneer we niet over gaan tot het plaatsen van deze twee turbines, laat de gemeente kansen liggen voor het benutten van windenergie en doen we bovendien geen kennis op van deze vorm van energieopwekking binnen de bebouwde kom.  

2. Wanneer we niet overgaan tot het plaatsen van deze twee turbines, zal onze huurder de financiële dekking voor deze investering de komende jaren steken in het betalen van haar elektriciteitsfacturen in plaats van deze terug te verdienen.

Toelichting relatie SDG's

SDG 3: Het is van belang mee te werken aan een betaalbare, bereikbare en kwalitatief goede gezondheidszorg.

Toelichting aanmelding
Planvorming Driehoek Joure Zuid zal verder opgepakt moeten worden. Er gaan hier verschillende kosten mee gepaard: onderzoeks- en communicatiekosten om te komen tot optimale combinatie van functies naast de nieuwbouw van het ziekenhuis. Hiernaast zal op verschillende momenten juridische ondersteuning nodig zijn. De kosten zijn naar verwachting verhaalbaar (afhankelijk van de definitieve invulling) en zullen te zijner tijd terugvloeien naar de algemene reserve. Daarom zijn de benodigde middelen van € 100.000 voor 2025 en € 50.000 voor 2026 zowel als uitgave als inkomst meegenomen. Een budgetneutrale begrotingswijziging derhalve.

Risico indien niet gehonoreerd
De planvorming voor de Driehoek Joure Zuid stopt. Er is geen sprake meer van het faciliteren van de komst van het ziekenhuis naar Joure.

Toelichting relatie SDG's

SDG 10: Het opzetten van kleine AZC's kan helpen bij het integreren van vluchtelingen en asielzoekers in de lokale gemeenschap, wat uiteindelijk kan bijdragen aan het verminderen van ongelijkheid.
SDG 11: Door kleine AZC's te integreren in de gemeenschap kunnen deze locaties helpen om de sociale cohesie te versterken en de integratie van nieuwkomers te ondersteunen.
SDG 16 : Het project rondom de kleine AZC's kan bijdragen aan het versterken van gemeenschapsbanden en het bevorderen van een vreedzame en inclusieve samenleving.
SDG 17: Het project van kleine AZC's vereist samenwerking tussen verschillende belanghebbenden, zoals non-profitorganisaties en de gemeenschap (dorpsverenigingen), dit kan bijdragen aan effectieve en duurzame oplossing voor de opvang van vluchtelingen.

Toelichting aanmelding
In de raadsvergadering van 19 april 2023 heeft de raad het college de opdracht gegeven voor het uitvoeren van een locatieonderzoek met betrekking tot het verzoek van het COA voor een langdurig AZC binnen onze gemeente. Op 4 juli 2023 heeft de raad kennis genomen van dit concept locatieonderzoek. Het definitieve locatieonderzoek is vervolgens op 11 maart jl. besproken in de raad.
De raad heeft op 11 maart besloten, om niet verder te gaan met de locatie Heerenveen-West als mogelijke locatie voor een langdurig AZC. Daarnaast is variant B van het voorstel ‘om op grond van het locatieonderzoek geen langdurig AZC te willen realiseren’ eveneens door de raad verworpen.

De motie genaamd ‘plan van oanpak lytse azc’s’ is tijdens de raadsvergadering op 11 maart jl. aangenomen. Hierin wordt het college verzocht om met een plan van aanpak/startnotitie te komen waarin in ieder geval ingegaan wordt op:
-   in de gemeente De Fryske Marren opvang te organiseren;
-   wat betekent de spreidingswet voor onze gemeente;
-   hoe verlopen de pilots van het COA m.b.t. de kleine AZC’s;
-   een gedegen communicatieplan;
-   waar moeten locaties aan voldoen voor kleine AZC’s;
-   hoe kunnen we hier een participatieproject van maken.

Om dit onderzoek (uitwerken motie) uit te kunnen voeren, hebben wij gedurende 6 maanden een projectleider nodig voor 2 á 3 dagen in de week. Binnen onze organisatie hebben wij deze capaciteit niet beschikbaar. Daarnaast worden er organisatiekosten gemaakt, door het onderzoek via ‘Wikselwurk’ (participatie) in te vullen. Dit betekent dat wij de samenleving actief betrekken bij het onderzoek (lees organiseren van bijeenkomsten).

Risico indien niet gehonoreerd
Als er geen middelen beschikbaar worden gesteld voor het vervolg locatieonderzoek (uitwerken van de motie) kunnen wij deze motie niet invullen.

Toelichting relatie SDG's

SDG 11: Door dit Rijksmonumentale gebouw bij de tijd te brengen, dragen we bij aan het in stand houden van een duurzame stedelijke leefomgeving, waarin we werken aan veilige, veerkrachtige en duurzame stedelijke leefomgevingen.

Toelichting aanmelding
Het voormalig raadhuis in Balk is in eigendom van Gemeente De Frykse Marren. Dit Rijksmonumentale pand is momenteel in gebruik als gemeentelijke trouwlocatie en als uitvalsbasis voor het sociaal wijkteam. Momenteel heeft het gebouw een gedateerde- en op een aantal punten niet functionele inrichting. Om hier verandering aan te brengen is er een plan opgesteld waarbij aandacht is voor een drietal ontwikkelingen:
-   De geplande verduurzamingsopgave van het gebouw
-   Veranderende behoeftes op het gebied van huwelijksvoltrekking.
-   De wens van het Historisch Wurkferbân Gaasterlân om een gedeelte van het gebouw te huren van de gemeente
Met dit project is een investeringsbedrag van € 200.000 gemoeid.

Risico indien niet gehonoreerd
We missen óf koppelkansen met het verduurzamen van het gebouw óf we gaan het gebouw later verduurzamen, al dan niet in combinatie met de renovatie van het gebouw.
Wanneer dit op twee momenten gebeurt, vergroten we bovendien de overlast van de gebruikers.

Toelichting relatie SDG's

SDG 3: Een adequate en aantrekkelijke sportvoorziening draagt bij aan het faciliteren van een goede gezondheid en welzijn, waarmee we het bevorderen van gezond leven en welzijn voor alle leeftijden ondersteunen.

Toelichting aanmelding
Functionele upgrade sporthal in combinatie met verduurzaming.
Via de Routekaart Verduurzaming Gemeentelijk Vastgoed DFM borgen we als gemeente de reductie van energie en CO2 uitstoot van ruim 70 gemeentelijke gebouwen. Onderdeel van dit plan is een planning tot en met 2036.

In 2025 gaan we de Doniahal verduurzamen. Bij het verduurzamen van oudere sporthallen zoals de Doniahal, is de wens om ook de functionele upgrade uit te voeren. Het gaat hierbij om het moderniseren van de sporthal. Te denken valt aan het aanpakken van vloeren, wanden en plafonds waar niet in voorzien wordt via het planmatig onderhoud of de verduurzamingsmaatregelen.
Door het gelijktijdig uitvoeren van de verduurzaming en de functionele aanpassingen kan er tevens geld bespaard worden.

Risico indien niet gehonoreerd
1. Wanneer het verduurzamen niet wordt gecombineerd met het gelijktijdig functioneel upgraden, laat de gemeente kansen liggen tot kostenbesparingen (werk met werk maken).

2. Wanneer er op een later moment alsnog besloten wordt tot het functioneel upgraden van het gebouw, zadelen wij onze gebruikers mogelijk op met twee periodes van overlast.

Toelichting relatie SDG's

SDG 9: Het gaat om initiatieven zoals het gemeentelijk verkeers- en vervoerplan, fietsveiligheidsonderzoek en risicoanalyses die gericht zijn op het verbeteren van de infrastructuur en het bevorderen van veilig vervoer in de gemeente, zoals de aanleg van fietsvoorzieningen en snelheidsremmende maatregelen.

Toelichting aanmelding
In 2019 is onderzoek gedaan naar de fietsveiligheid in onze gemeente. Op grond van dit onderzoek en het daarbij behorende ‘Uitvoeringsprogramma fietsveiligheid’ hebben we voor het traject Heerenweg-Kampweg-Lange Dijk te Ouwsterhaule/Rotsterhaule in 2023 alle mogelijke  fietsvoorzieningen laten onderzoeken, afgewogen en uitgewerkt. Ook in de in 2022/2023 uitgevoerde ‘Risicoanalyse Verkeersveiligheid’ is het tracé aangemerkt als één van de locaties met het hoogste risico op ongevallen.
Op basis van het gemeentelijk afwegingskader blijkt dat de aanleg van een fietsvoorziening voor het tracé Heerenweg, Kampweg, Lange Dijk wenselijk is. Voor dit traject is het toepassen van volwaardige fietsstroken gecombineerd met snelheidsremmende maatregelen de meest haalbare en veilige oplossing.

Risico indien niet gehonoreerd
Het traject blijft verkeersonveilig en levert overlast op met hoog risico op ongevallen en slachtoffers.

Toelichting relatie SDG's

SDG 1: Het programma duurzaamheid kan bijdragen aan armoedebestrijding door te zorgen voor energie-efficiëntie en lagere energiekosten voor kwetsbare huishoudens. Dit helpt om hun algehele kosten van levensonderhoud te verlagen.
SDG 7:  De inzet van een projectleider en een energiecoach onder dit programma is direct gericht op het bevorderen van hernieuwbare energiebronnen en efficiënt energiegebruik. Dit draagt bij aan het verbeteren van de energievoorziening op een duurzame en betaalbare manier.
SDG 8: Door de werkgelegenheid van een projectleider en een energiecoach te creëren, draagt het programma bij aan duurzame economische groei en fatsoenlijk werk. Dit stimuleert lokale economieën en biedt werkgelegenheid in de duurzame sector.
SDG 11: Het programma streeft naar het creëren van veilige, veerkrachtige en duurzame leefomgevingen door het verbeteren van de energie-efficiëntie van gebouwen en het bevorderen van duurzame praktijken in de gemeenschap.
SDG 13: De belangrijkste doelstelling van het programma is het nemen van dringende maatregelen om klimaatverandering en de gevolgen ervan aan te pakken. De activiteiten van de projectleider en energiecoach richten zich op het uitvoeren van klimaat- en energietaken die direct bijdragen aan het verminderen van de CO2-uitstoot en andere broeikasgassen.
SDG 15: Het programma kan bijdragen aan het beschermen, herstellen en duurzaam beheren van ecosystemen door het bevorderen van duurzame landbouwpraktijken en het gebruik van hernieuwbare energiebronnen, wat de druk op natuurlijke hulpbronnen vermindert.
SDG 17: Het programma benadrukt de noodzaak van samenwerking en partnerschappen op lokaal en regionaal niveau om de duurzame ontwikkelingsdoelen te realiseren. De middelen van het Rijk via de CDOKE-regeling versterken de capaciteit van de gemeente om effectief samen te werken met diverse belanghebbenden.

Toelichting aanmelding
Om de landelijke duurzaamheidsdoelen te behalen heeft het rijk besloten de gemeenten de regie te laten voeren betreffende de uitvoering. De uitvoering vertaalt zich in extra taken die vanuit het klimaatakkoord bij gemeenten belegd zijn.

Om deze wettelijke taken uit te voeren is structureel 2 extra fte nodig voor een projectleider en een energiecoach boven op de huidige beschikbare structurele formatie voor duurzaamheid van 10,9 fte.
Vanuit het Rijk zijn voor de uitvoering van het klimaatakkoord via een specifieke uitkering middelen beschikbaar gesteld. Voor onze gemeente betekent dit ruim € 1 miljoen per jaar. Van deze middelen is bij de begroting 2024 al 4,6 fte extra formatie beschikbaar gesteld. Vanuit het restant van deze middelen kan de benodigde 2 extra fte ad € 174.000 worden gedekt. De aanmelding is budgettair neutraal.

Risico indien niet gehonoreerd
Met het niet honoreren van deze aanvraag kan het programma duurzaamheid niet adequaat worden uitgevoerd.